Page 1 - Leeg_bestand_004
P. 1

11	
WERKWIJZE OCTROOI-ONDERZOEKER
Als de patentaanvraag op zijn bureau 
belandt, gaat Schmitter als volgt te werk: 
“Ik probeer eerst technisch te begrijpen 
wat de aanvraag inhoudt. Voornamelijk 
welk probleem geprobeerd wordt op te 
lossen. Het belangrijkste deel van de 
aanvraag zijn de conclusies. Die geven 
de dekking van de bescherming aan. Het 
is dus heel belangrijk hoe die conclusies 
geformuleerd zijn. Dan ga je op zoek 
naar al bestaande patenten, die eventueel 
de uitvinding van de patentaanvraag 
vernietigen. Dat wil zeggen dat je een 
patent vindt, waarin eigenlijk precies 
hetzelfde wordt beschreven. In de 
jachtbouw, waar ook veel innovaties niet 
gepatenteerd zijn, kijk je ook op internet 
buiten onze patent-literatuur naar de 
stand van de techniek.”
Daarna volgt het nieuwheidsonderzoek 
rapport, waarop de aanvrager kan 
reageren. Schmitter: “Over het algemeen 
zijn dat de octrooigemachtigden. 
Afhankelijk van de documenten die wij 
in ons rapport hebben geciteerd, kunnen 
zij de conclusies aanpassen. Dit om 
de bescherming beter te definiëren en 
vooral te differentiëren ten opzichte van 
de door ons gevonden stand van de 
techniek (prior art). Vanaf daar begint 
het heen en weer schrijven tussen de 
octrooigemachtigde en de octrooi-
onderzoeker. Dit om tot een duidelijke, 
nieuwe en inventieve formulering van 
de conclusies te komen. We hebben de 
plicht om een patent te verlenen, voor 
zover mogelijk is. Dit is ook in het belang 
van de industrie om juist, eerlijk en 
onpartijdig te zijn. Dat is bijvoorbeeld 
de reden dat wij octrooi-onderzoekers 
geen persoonlijke business hebben die 
in aanraking komt met patenten. We 
mogen zelf ook geen octrooiaanvraag 
doen. We zijn bovendien gebonden aan 
een geheimhoudingsplicht. Zolang een 
patentaanvraag niet is gepubliceerd, 
mogen we er niets over zeggen of 
publiceren buiten de EPO.”
KLOPPENDE CONCLUSIES
Zodra de conclusies kloppen, wordt 
het patent verleend. “Tijdens het 
verleenproces is de communicatie tussen 
de aanvrager en de octrooi-onderzoeker 
publiekelijk. Iedereen kan die dus volgen. 
Een derde partij kan eventueel observaties  met extra informatie indienen, de 
zogenaamde ‘third party observations’. 
Dit gebeurt misschien in een paar 
procent van de gevallen. Ik kan daar dan 
eventueel rekening mee houden en mijn 
oordeel aanpassen. Nadat het octrooi is 
verleend, heeft de derde partij binnen een 
termijn van negen maanden nogmaals 
de mogelijkheid om een bezwaar in 
te dienen tegen het verlenen van het 
patent. Dan komen de octrooiaanvrager  en de derde partij bij EPO samen in een 
soort bezwaarprocedure, opposition 
p	
rocedure. Zij kunnen dan hun voor- en 
tegenargumenten presenteren voor een 
panel van drie octrooionderzoekers. 
Vervolgens wordt besloten of het octrooi 
in stand wordt gehouden, aangepast moet 
worden of zelfs vernietigd wordt. Als dat 
niet genoeg is, kunnen ze nog in beroep 
gaan. Dan komt het bij de onafhankelijke 
‘board of appeal’ van EPO 	
terecht.”	
Aanvragen Europees Octrooi
 
Voor het aanvragen van een Europees Octrooi moet een centrale aanvraagprocedure 
worden doorlopen via het Europees octrooibureau, ook wel aangeduid als European 
Patent Office (EPO). Nadat het octrooi is verleend, splitst het zich o\)p in nationale 
octrooien. Dit betekent dat de eigenaar het octrooi moet laten registreren in de Euro-
pese landen waar hij het octrooi rechtsgeldig wil laten zijn. Deze lande\)n moeten zijn 
aangesloten bij het Europees Octrooiverdrag. De aanvrager kan de octrooiaanvraag 
zelf indienen of dat door een octrooigemachtigde, een soort advocatenkantoor, laten 
doen. De omschrijving van de uitvinding moet technisch en juridisch kloppen om 
een octrooi te krijgen dat ook bij een rechter stand houdt. Een octrooigemachtigde 
kan helpen bij de aanvraag en de rest van de octrooiprocedure.
Fast Displacement Hull Form
Een illustratief voorbeeld van een gepatenteerde rompvorm is de Fast Displacement 
Hull Form (FDHF) van Van Oossanen Naval Architects. Van Oossanen begon 
in 2009 met de ontwikkeling van de Fast Displacement Hull Form (FDHF). Dit 
baanbrekende rompdesign is ontwikkeld om met minder vermogen betere prestaties 
te leveren en zuiniger te varen. Tanktests en computercalculaties hebben aangetoond 
dat deze rompvorm 30 procent efficiënter is dan een displacement rom\)p. Van 
Oossanen verkreeg een patent op de innovatieve elementen van het ontwerp\). 
Heesen Yachts was in 2013 de eerste werf die de FDHF toepaste op de het 65-meter\) 
lange superjacht Galactica Star (afgebeeld). Met twee 4.300 kW sterke motoren haalt 
het schip een topsnelheid van ruim 28 knopen. 	
▲	
▲	
It’s all about wellbeing	
Voor ieder soort jacht hebben we de meest 
geavanceerde stabilisatieoplossing. 
Zo garanderen we meer stabiliteit, comfort en 
veiligheid en minder kans op zeeziekte aan boord. 
Daar wordt iedereen blij van.	
www.dmsholland.com
Wilt u ook meer weten over
de DMS stabilisatoren?
Scan dan deze QR code.	
211030 Adv 220x285 Jachtbouw.indd   1211030 Adv 220x285 Jachtbouw.indd   1	21-01-2022   14:4321-01-2022   14:43
JACHTBOUW NEDERLAND  APRIL fl0flfl    


































































































   1   2   3   4